Bijbel10daagse: dag 7

(Zelfs op de zevende dag van de Bijbel10daagse wordt er niet gerust.)

In Genesis 38 lezen wij dat Juda drie zonen had: Er, Onan en Sela. Voor zijn oudste zoon Er vond hij een vrouw, Tamar. Maar voordat hij kinderen bij haar kon verwekken, werd hij door de HEERE gedood, omdat hij kwaad was in Zijn Ogen. Sterven zonder nageslacht, dat kon in die tijd natuurlijk niet. Gelukkig had Juda een plan: Onan, zijn tweede zoon, zou met Tamar trouwen, en bij haar het nageslacht van zijn broer verwekken. Aldus geschiedde.

Doch Onan, wetende, dat dit zaad voor hem niet zoude zijn, zo geschiedde het, als hij tot zijns broeders huisvrouw inging, dat hij het verdierf tegen de aarde, om zijn broeder geen zaad te geven.
En het was kwaad in des HEEREN ogen, wat hij deed; daarom doodde Hij hem ook.

Nu was Tamar voor de tweede keer weduwe. Juda stuurde haar weg om bij haar vader te gaan wonen totdat zijn derde zoon Sela volwassen was. Dan zou zij met Sela trouwen en een nageslacht stichten. Juda kwam die belofte echter niet na, en daarom verzon ook Tamar een list.

Toen legde zij de klederen van haar weduwschap van zich af, en zij bedekte zich met een sluier, en bewond zich, en zette zich aan den ingang der twee fonteinen, die op den weg naar Timna is; want zij zag, dat Sela groot geworden was, en zij hem niet ter vrouw was gegeven.
Als Juda haar zag, zo hield hij haar voor een hoer, overmits zij haar aangezicht bedekt had.
En hij week tot haar naar den weg, en zeide: Kom toch, laat mij tot u ingaan; want hij wist niet, dat zij zijn schoondochter was. En zij zeide: Wat zult gij mij geven, dat gij tot mij ingaat?

Juda beloofde haar een geitenbokje te sturen, en gaf zijn staf en zegel als onderpand. Nadat hij tot Tamar was ingegaan en haar bezwangerde, vertrok zij en trok haar normale kleren weer aan. Niemand wist dat zij die vrouw van lichte zeden was, en toen een bode van Juda het bokje kwam brengen, kon deze dus niet bezorgd worden. Had Juda daar even mazzel!

Dat duurde echter niet lang. Drie maanden later kwam iemand hem vertellen dat zijn schoondochter gehoereerd had, en zie, zij is zwanger van hoererij. Juda liet Tamar voor hem komen, zodat zij verbrand kon worden. Tamar kwam voor Juda, en draaide de rollen om door te verklaren dat de eigenaar van het zegel en de staf die zij bij zich had de vader van haar kinderen was. Toen zei Juda, zeggende, dat Tamar rechtvaardiger was dan hij, omdat hij haar zijn zoon Sela niet gegeven had. Tamar kreeg, verrassing!, twee zonen, en ze leefden nog lang en gelukkig.

Moraal van het verhaal: masturbatie is een kwaad in des HEERES ogen, maar je schoondochter voor hoer houden is wat Hem betreft dik in orde.